21 juni 2024
– Geschreven door Sonja –
In prentenboeken zitten veel rekenlessen. Door (voor)lezen en rekenen te combineren zorg je voor een positief effect op de rekenprestaties. Hoe zet je prentenboeken in bij de rekenles? Welke prentenboeken zijn aanraders? En welke leerdoelen komen er in deze prentenboeken aan bod? Je leest het in dit blog!
REKENPRESTATIES VERBETEREN MET EEN PRENTENBOEK
In de kleuterklassen wordt veel voorgelezen. Thuis hebben wij ook een hele boekenkast vol en iedere avond lezen we samen. Prentenboeken vind ik heerlijk om voor te lezen, we bekijken de platen, bedenken hoe het verder zal gaan en vragen onszelf dingen af. Door veel voorlezen vergroot je de taalontwikkeling en de woordenschat, maar wist je dat je ook de rekenpresentaties kunt verbeteren?
In veel prentenboeken zitten, naast rijke taal, ook rekenbegrippen en rekenactiviteiten verstopt. Hoe leuk is het wanneer je die eruit kunt halen en er verder mee kunt leren?
Rekenbegrippen zijn voor kinderen vaak heel abstract. Denk maar eens aan: groter, kleiner, vooraan, doorsnede, lichter, zwaarder, meer, minder. Wanneer zulke begrippen in een context, in een verhaal, voorkomen krijgen ze ineens een betekenis!
ONDERZOEK NAAR PRENTENBOEKEN EN REKENPRESTATIES
Uit onderzoek van Prof. Dr. Marja van den Heuvel is zelfs gebleken dat wanneer je voorlezen en rekenen combineert, dat zorgt voor een positief effect op de rekenprestaties. Twee vliegen in één klap!
Het onderzoek
Voor het onderzoek werden kleuters drie maanden lang, twee keer per week, voorgelezen met een voorleesprogramma dat gebruik maakte van 24 verschillende prentenboeken. Het ging daarbij om prentenboeken die in iedere boekwinkel en bibliotheek te vinden zijn. Dus niet per se boeken, waarin tellen of rekenen expliciet aan bod komt.
Het voorleesprogramma werd in negen klassen uitgevoerd. In negen andere klassen – de controleklassen – werd het gewone programma gevolgd voor rekenen en wiskunde. De kleuters die het voorleesprogramma kregen aangeboden, boekten 22 procent méér vooruitgang in hun reken-wiskundige ontwikkeling dan de kleuters uit de controleklassen. Het effect was bij meisjes zelfs driemaal groter dan bij jongens!
Toch blijkt ‘nieuwsgierigheid’ wel het sleutelwoord bij het ontwikkelen van de rekenvaardigheden.
In de publicatie ‘Prentenboeken rijke bron taalstimulering en reken-wiskundige ontwikkeling’ pleiten Belinda Terlouw en Boukje Bruins wel voor het aannemen van een onderzoekende houding. Niet alleen leren kleuters door te luisteren, maar ook door te doen.
Breinweetje: Kleuters leren het beste door meerdere zintuigen in te zetten. Wanneer je zintuigen combineert bij leren, zoals zien, horen, voelen en ruiken, worden de verbindingen in het kinderbrein extra stevig aangelegd. Dit wordt ook wel multi-sensorisch leren genoemd.
Hoe meer zintuigen er worden aangesproken, hoe beter het in je geheugen opgeslagen wordt.
In de neurowetenschappen verklaren ze dit doordat er veel hersencellen tegelijk gaan ‘vuren’, ofwel boodschapjes doorgeven. Hoe krachtiger dit vuren is, hoe groter het netwerk en hoe belangrijker dit wordt gezien. Dit beschrijven ze als volgt: ‘Cells that fire together, wire together’.
PRENTENBOEKEN INZETTEN BIJ DE REKENLES OP SCHOOL
Uit bovengenoemd onderzoek blijkt dat je alle prentenboek kunt inzetten, als je maar nieuwsgierig bent! Je kunt bij ieder prentenboek ook wel een rekenles maken. Maar… hoe pak je het aan?
Dat doe je door een passend prentenboek bij een leerdoel voor rekenen te zoeken (of andersom). Ik ben erin gedoken en hieronder vind je mijn favoriete prentenboeken, die ik aan de rekendoelen heb gekoppeld.
THUIS AAN DE SLAG!
Hoe kun je thuis aan de slag met rekenen aan de hand van een prentenboek? De komende tips zijn gericht op kinderen van ongeveer 2 t/m 7 jaar.
- Daag je kind uit begrippen uit een boek na de doen. Zoals in het boek ‘Gonnie springt hoog’ kun je je kind uitdagen om ook eens hoog te springen. Of ver weg te gaan staan of juist dichtbij. Bij van ‘klein naar groot’ kun je ook voorwerpen in huis laten zoeken en deze van klein naar groot neerleggen.
- Bij boeken, waar getallen in voorkomen, kun je samen met je kind hetzelfde aantal zoeken van iets. Zoals bij het boek van Rupsje Nooitgenoeg: je kunt het aantal stuks fruit ook verzamelen: 1 appel, 2 peren etc.
- Wanneer er in een boek geteld wordt, kun je ook samen met je kind tellen. In het boek ‘Spuit elf telt tot 10’ wordt er tot 11 geteld. Dit kun je dan ook samen met je kind doen. Op een bewegende manier is extra leuk: springen en tellen, hinkelen en tellen, huppelen en tellen, joggen en tellen.
Ben je opzoek naar rekenactiviteiten voor jonge kinderen bij prentenboeken? Dan heb ik nog een tip: Het boek ‘Met rekenogen gelezen’ door Rob van Bree. Een boek met beschrijvingen van verrassende rekenactiviteiten bij 45 prentenboeken.
ONZE BOEKENKAST
In onze boekenkast staan deze prentenboeken, die ik gebruik om met leerdoelen van rekenen aan de slag te gaan:
Spuit Elf telt tot 10 (door Harmen van Straaten)
Domein: getalbegrip
Leerdoel: Ik kan de telrij tot en met 11 opzeggen.
Beschrijving: Onderweg naar een brand verdwijnt de ene na de andere olifant op een gekke en grappige manier. Maar Spuit Elf redt ze allemaal en brengt het aantal weer op tien, of nog beter, elf… want hijzelf telt natuurlijk ook mee! Het boek is geschreven op rijm en dat maakt het extra leuk!
Rupsje Nooitgenoeg (door Eric Carle)
Domeinen: tijd en getalbegrip
Leerdoelen:
- Ik kan de telrij tot en met 5 opzeggen.
- Ik herken rekenbegrippen zoals zwaar en licht.
- Ik ken de dagen van de week in de goede volgorde.
Rupsje Nooitgenoeg heeft altijd honger en hij eet maar door. Wanneer alle blaadjes zijn, begint hij fruit en aan taart, snoep, kaas en worst. Elke dag van de week eet hij en wordt hij steeds dikker. Dan bouwt hij een cocon om zich heen en verandert in een prachtige vlinder.
In dit boek komen veel rekenbegrippen terug: tellen, de dagen van de week, tegenstellingen als veel-weinig, dik-dun en meer-minder.
Nog 100 nachtjes slapen (door Milja Praagman)
Domein: Tijd
Leerdoelen:
- Ik herken de meetkundige vorm driehoek.
- Ik ken de tijdsbegrippen in dagelijkse situaties zoals vandaag, morgen, lang, kort.
- Ik leer kritisch denken over tijd, zoals dat iets lang duurt.
Wachten op een verjaardag duurt lang. Voor Dorus zijn het nog 100 nachtjes. Ze vindt dit veel te lang duren en verveelt zich. Dorus maakt daarom zelf wel een feestje! Ze gaat overal driehoekjes uit knippen, mama heeft gezegd dat dat mag. Overal ziet Dorus mooie lapjes voor een mooie slinger. Maar niet iedereen is blij met de slinger van Dorus.
Wij gaan op berenjacht (door Michael Rosen)
Domein: oriënteren in de ruimte
Leerdoelen:
- Ik ken de ruimtelijke begrippen overheen en onderdoor.
- Ik kan een eenvoudige route volgen en beschrijven.
Vier kinderen gaan met hun vader op berenjacht. Ze trotseren moedig de natuur, niks is te gek en ze zijn niet bang. Maar dan staan ze opeens tegenover een echte beer!
Het gaat over begrippen als onderdoor, overheen en dwars doorheen.
365 Pinguïns (door Jean-Luc Fromental)
Domein: oriënteren in de tijd
Leerdoelen:
- Ik kan de telrij tot en met 12 opzeggen.
- Ik ken de rangtelwoorden eerste, tweede en derde.
- Ik kan hoeveelheden tot ten minste 20 schatten, tellen en ordenen.
- Ik kan eenvoudige optelsommen maken t/m 20.
- Ik kan eenvoudige verdeelsituaties in contextsituaties met hoeveelheden tot ten minste 12 (handelend) oplossen.
- Ik kan verhoudingsgewijs vergelijken en ordenen op grootte.
- Ik ken de tijdsbegrippen vandaag, morgen en overmorgen.
Nb: In dit boek komen ontzettend veel leerdoelen terug, zowel voor de kleuterleeftijd als voor oudere kinderen. Omdat in dit blog de focus ligt voor niveau van groep 1,2 en 3 heb ik alleen deze leerdoelen beschreven.
Iedere dag ontvangt de familie van Emma een pinguïn. Deze moeten geordend, gesorteerd, opgeteld en verdeeld worden. Dit wordt steeds lastiger want het aantal pinguïns neemt iedere dag toe. Hoeveel pinguïns zijn er eind februari? Hoe verdeel je 60 pinguïns in gelijke groepjes? Hoeveel vis heb je op dag 100 van het jaar nodig, wanneer iedere pinguïn 2,5 kg vis per dag eet?
Gonnie springt hoog (door Olivier Dunrea)
Domein: oriënteren in de ruimte
Leerdoel: Ik herken rekenbegrippen en tegenstellingen, zoals samen-alleen en ver-dichtbij.
Gonnie, Gijsje en Ollie laten zien hoe hoog ze kunnen springen en hoe diep ze kunnen duiken. In dit boek komen de tegenstelling goed aan bod zoals samen-alleen en ver-dichtbij.
Tien kleine rubbereendjes (door Eric Carle)
Domein: oriënteren in de ruimte
Leerdoel: Ik herken rekenbegrippen en richtingen zoals noord, oost, zuid, west, boven, beneden, links en rechts.
Een lading rubbereendjes, vers uit de fabriek, wordt aan boord van een vrachtschip gebracht. Op weg naar kinderen in een ver land komt het schip in een zware storm terecht. Tien kleine rubbereendjes belanden in het water. Ze drijven op de golven naar tien verschillende bestemmingen en zien onderweg spannende dingen. Ze drijven naar boven, beneden, links, rechts, noorden, oosten, zuiden, en het westen.
extra tips
Ook via mijn Instagram-pagina @mamajuffieson kreeg ik verschillende tips die het waard zijn om te bekijken. Hieronder deel ik ze met je.
- Koekjes! (door Ted Lieshout)
- Het cijferwinkeltje (door Marianne Busser en Ron Schröder)
- Haas wil worteltjestaart (door Annemarie Bon)
- Het nummer één telboek (door Caspar Salmon)
- Boer Boris en de eieren (door Ted van Lieshout)
- Pi is zijn cirkel kwijt (door Marga van der Wal)
- Pi en de dobbelsteen (door Marga van der Wal)
Uiteraard zijn er nog véél meer prentenboeken die je in kan zetten bij het rekenen. Ik vind het leuk als je jouw tip met me deelt!