23 april 2024
– Geschreven door Annelie –
Vindt jouw kind het lastig om te bepalen of 25 “vijfentwintig” is of “tweeënvijftig”? Misschien blijft je kind zelfs wel eindeloos getallen omdraaien en zoek je hoe je daarbij kunt helpen. Lees dan gauw door, want in deze blog vind je allerlei tips én een gratis download!
Soms is het herhalen van opschrijven van getallen tot 100 niet genoeg. Er is dan meer hulp nodig, waarbij je de structuur van een getal aandacht geeft. Door een kind te leren wat de structuur van een getal is, leert hij waar een getal, zoals 25, voor staat. Want wat betekenen de cijfers eigenlijk, als je er twee naast elkaar ziet staan?
Psst… In mijn blog ‘Oefenen met getallen tot 100’ deelde ik een aantal spelideeën die je kunt doen om te oefenen met het schrijven en lezen van getallen tot 100. Heb je dat nog gemist, klik dan hier.
DE STUCTUUR VAN GETALLEN
Wat is de structuur van een getal? Bij het getal 25 zie je een 2 en een 5 staan. De plek van elk cijfer bepaalt de waarde van elk cijfer. In het getal 25 staat de 2 op de plek van de tientallen en de 5 op de plek van de eenheden. Als je naar elk los cijfer kijkt, dan is de 2 in 25 dus 20 waard en de 5 een waarde van 5. In het getal 25 zijn die twee getallen samengevoegd. Je krijgt dan 20 en 5 en dat is 25.
SAMEN OEFENEN MET GETALLEN TOT 100!
Sommige kinderen hebben al na een paar keer huisnummers bestuderen door hoe getallen tot 100 in elkaar zitten. Dat begint ergens met een idee als “Ons huisnummer is 25, ik zie een 5 maar ook een 2. Die 2 zal wel 20 betekenen”. Maar soms gaat het niet vanzelf. In dat geval wil je wellicht wat extra hulp bieden. Daarom vind je hieronder 3 oefeningen om te oefenen met de structuur van getallen tot 100.
OEFENING 1: GETALLEN MAKEN MET MATERIAAL
Aan de slag met blokjes
Op school kun je getallen leggen met MAB-materiaal. Dit zijn houten staafjes van 10 blokjes en losse blokjes. Dit geeft heel veel inzicht. Het getal 35 leg je dan bijvoorbeeld met 3 tientallenstaafjes en 5 losse blokjes. Hierdoor is goed te zien dat het getal 35 bestaat uit 30 (de tientallen) en 5 (de losse eenheden). Thuis heb je dit materiaal waarschijnlijk niet. Maar… je hebt vast wel legostenen in huis! Met een lego-‘staafje van 10 noppen’ en kleine losse steentjes met 1 nop kun je hetzelfde doen!
Spelletje: Maak het getal met staafjes en blokjes
Zo maak je er een leuk spelletje van!
1. Kies samen op speelse manier een getal uit. Dat kan zo:
- Draai een keer aan een bingomolen voor een balletje met getal erop. Of:
- Wijs om en om blind een getal aan op een meetlint. Of:
- Laat de stopwatch van je telefoon na een willekeurig aantal seconden stoppen.
2. Schrijf het getal op een papiertje, zodat het duidelijk te lezen is.
3. Maak dan allebei voor jezelf dit getal met de staafjes en de losse blokjes.
4. Kijk of jullie allebei hetzelfde hebben gemaakt.
5. Gelukt? Geef elkaar dan bijvoorbeeld een high five.
Eén keer oefenen kan al heel waardevol zijn. Was het leuk? Oefen dan nog een keer. Houd het vooral speels en luchtig.
OEFENING 2: SPRINGEN NAAR GETALLEN
Springen maar!
Spring eens naar een getal! Dit is een oefening die op school vaak een groot succes is. Je springt met grote sprongen en kleine stapjes naar het getal toe. Een grote sprong is 10 waard en een klein stapje of hupje is 1 waard.
Maak je bijvoorbeeld 2 grote sprongen en daarna 3 kleine stapjes? Dan ben je bij het getal 23 uitgekomen.
1. Schrijf op een aantal kaartjes een getal onder 100.
2. Stel je een onzichtbare getallenlijn door de kamer voor.
3. Pak een kaartje met een getal.
4. Tijd om te springen!
5. Kan er iemand raden welk getal het is?
Dit is ook een leuke opdracht om buiten te doen!
Spring met een legopoppetje
Als je wat minder ruimte hebt of je zoekt een rustigere variant van deze oefening, dan kun je dit thuis ook goed doen met de pop of knuffel van je kind.
Als je een klein poppetje gebruikt, zoals een legopoppetje, kun je nog wat extra hulp bieden. Je legt dan een meetlint op tafel, bijvoorbeeld een gratis meetlint uit de bouwmarkt. Laat het poppetje dan naar een getal springen in grote sprongen van 10 en kleine stapjes van 1. Noem de getallen waar je op komt te staan. Naar 34 spring je bijvoorbeeld zo: “10, 20, 30, 31, 32, 33, 34!”
Extra tip: Geef alle tienvouden (zoals 10, 20, 30 enzovoort) een kleurtje. Zo zijn ze extra goed te vinden!
OEFENING 3: KNUTSEL DE GETALLEN!
Leg de getallen op elkaar!
Als een kind de structuur van getallen nog moet ontdekken, helpt het om een getal zelf te laten maken met een tienvoud en een eenheid. Dit kan bijvoorbeeld door post-its (of briefjes) te maken met de tienvouden erop en halve post-its met de eenheden erop.
1. Leg de post-its verspreid over tafel en vraagt je kind om een getal te maken, zoals 34.
2. Laat je kind het getal 30 en het getal 4 pakken.
3. Plak de getallen op elkaar. (De 4 op de plek van de 0 bij 30.)
4. Spreek het getal uit. 30 en 4 is ‘vier-en-dertig’.
Tip: Doe het eerst een (paar) keer voor en laat dan goed zien welke getallen (tienvouden en eenheden) je op elkaar plakt. Wijs deze getallen nog een keer aan als je het hele getal uitspreekt.
Als je alle tienvouden en eenheden dubbel maakt en neerlegt kun je een wedstrijdje doen: wie maakt het getal als eerst?
Knutsel een getallenmaker met een gratis download!
Losse briefjes raak ik zelf nog wel eens kwijt. Ook was ik op zoek naar een manier om het zelf getallen maken nog wat speelser te maken dan bij het spelletje met de post-its. Daarom heb ik de getallenmaker bedacht! Met een bouwplaat maak je van een wc-rolletje een heuse getallenmaker, of zoals de juf van onze zoon ze noemde: rekenraketjes!
Een ring met de getallen 0 t/m 9 kun je draaien en over de tienvouden heen schuiven. Zo kun je het getal 34 bijvoorbeeld maken door de 4 op de 30 te schuiven. Wat zie je dan? Met 4 en 30 maak je ‘vier-en-dertig’. Je ziet dan het getal 34 staan met een 3 en een 4. En als je het weer uit elkaar schuift, zie je dat de 3 dus 30 waard is en de 4 gewoon 4. Welke getallen kun jij er allemaal mee maken?
Download hier de getallenmaker, zodat jij er ook mee aan de slag kunt. Print de pagina uit die om jouw wc-rol past, even knippen en plakken en dan… spelen maar!
HEB JE EEN VRAAG?
Hopelijk kun je wat met deze tips! Heb je naar aanleiding van deze blog een vraag of merk je dat je kind moeite heeft met een ander rekenonderdeel, voel je dan vrij om me een berichtje te sturen! Mijn account op Instagram is @rekensteuntje.
Over Annelie
Annelie Jacobs woont met haar man en 3 jonge kinderen in het mooie Zwolle. Ze is al meer dan 10 jaar werkzaam als auteur bij Snappet, een bekend onderwijsplatform voor het basisonderwijs. Ze houdt zich bezig met lesstof, materialen, leerlijnen en nog meer rondom het vak rekenen.
In haar vrije tijd zit ze niet graag stil. Ze houdt ervan om in huis te klussen of kamers opnieuw in te richten en speurt graag naar mooie vondsten bij de kringloopwinkel. Ook houdt ze van buiten sporten en buiten zijn, bijvoorbeeld in haar moestuin. Daarbij is het ook een sport om zo lekker mogelijk te koken met de oogst.
Maar haar grootste hobby vind je terug op Instagram. Sinds 2023 is ze gestart met het account @rekensteuntje. Daarop deelt ze allerlei tips en spelletjes voor ouders met kinderen van 0 t/m 8 jaar.
In haar blogs schrijft ze over vragen die ze van ouders krijgt. Ze deelt allerlei tips en ideeën om je kind te helpen met een fijne start op school. Ze doet dit zo veel mogelijk op een spelende manier, zodat je kind plezier krijgt in rekenen!
rekenvideo’s over GETALBEGRIP
Wist je dat je op deze site allemaal instructievideo’s en bijpassende werkbladen over rekenen vindt? Hier vind je de lessen over getalbegrip bij hele getallen op een rij!
KLEUTERLES Getalsymbolen lezen (0 t/m 10)
GROEP 3 LES 3.1 De telrij t/m 20
GROEP 3 LES 3.2 Getallen t/m 20 vergelijken
GROEP 3 LES 3.3 Getallen t/m 20 schrijven
GROEP 3 LES 13 Getalbegrip t/m 50
GROEP 3 LES 14 Tienen en enen
GROEP 3 LES 20 Getalbegrip t/m 100
GROEP 3 LES 24 Even en oneven
GROEP 3 LES 29 De getallenlijn t/m 20
GROEP 4 LES 1 Getallenlijn t/m 20
GROEP 4 LES 7 Tienen en enen
GROEP 4 LES 46 Getallenlijn t/m 200
GROEP 5 LES 1 HTE-schema
GROEP 5 LES 12 Getallenlijn t/m 500
GROEP 5 LES 14 Getallenlijn t/m 1000
GROEP 5 LES 52 DHTE-schema
GROEP 6 LES 2 Getallenlijn t/m 5000
GROEP 6 LES 28 Getallenlijn t/m 10.000
GROEP 6 LES 69 Getallen tot 100.000
GROEP 7 LES 38 Getallen tot 1 miljoen
GROEP 8 LES 6 Getallen t/m 1 miljard